Tekort aan zink kost leven
Geplaatst op 20/07/12 14:55
Dit wereldwijde probleem wordt aangekaart in een publicatie van het Platform Landbouw, Innovatie & Samenleving waarin veel kernbegrippen van Circulaire zitten opgesloten; grondstofschaarste, innovatie, maatschappelijke urgentie, exportkansen, gebrekkig beleid in een case. Een tekort aan de beschikbaarheid van de micronutriënten zink en seleen in de landbouw brengt de gezondheid van grote groepen mensen in gevaar en leidt nu al tot evenveel jaarlijkse slachtoffers als malaria. Het zou mooi zijn als daar circulaire oplossingen voor zijn te ontwikkelen.
Het persbericht en rapport geven een uitgebreid inzicht in dit probleem. In deze blog vooral aandacht voor de circulaire elementen en kansen die ontstaan als je oplossingen gaat ontwikkelen. Eén derde van het wereldlandbouwareaal in met name ontwikkelingslanden kampt met een tekort aan zink en seleen, hetgeen de landbouwproductie beperkt. Dit komt door zowel natuurlijke armoede van de grond als door een teveel aan fosfaat uit met name kunstmest. Door gebrek aan zink sterven naar schatting 800.000 mensen per jaar terwijl ongeveer 30% van de vrouwen die wereldwijd borstvoeding geven een tekort aan seleen hebben. Dit gezondheidsprobleem krijgt nauwelijks aandacht terwijl de sterfte gelijk is aan die van malaria.
Tekorten in de grond kunnen kunstmatig worden aangevuld. En daar komt het circulaire element om de hoek. Volgens Amerikaanse bronnen is de zinkvoorraad nog goed voor 21 jaar huidig gebruik. Het valt te verwachten dat er nieuwe bronnen worden ontdekt. Dit zijn echter marginale bronnen waarvan winning meer energie, water en geld zal kosten. De prijzen zullen stijgen en de kans op hevige prijsschommelingen neemt toe. In zo’n situatie ontstaan twee extra risico’s; landbouw wordt vanuit de veel kapitaalkrachtigere industrie weggeconcurreerd en; grondstofrijke landen gaan exportbeperkingen opleggen. Dit laatste gebeurt bijvoorbeeld al bij aardmetalen. Met combinatie van deze factoren neemt het tekort voor landbouw en daarmee het gezondheidsrisico verder toe.
Dat lijkt maatschappelijk ongewenst en vraagt om maatregelen. Ook voor de EU dat maar 4% van de wereldvoorraden van de belangrijkste micronutriënten bezit. Vanuit EU perspectief is het belangrijk om de afhankelijkheid van importen terug te dringen en vanuit gezondheidsperspectief om een deel van de voorraden beschikbaar te hebben voor landbouw. In het landbouwbeleid van de EU ontbreekt het risico van schaarse grondstoffen en in het grondstoffenbeleid is landbouw niet meegenomen. Het platform pleit dan om dit op de politieke agenda te zetten.
Beleid is een, maar wat kan er vanuit de economie worden ontwikkeld. In de landbouw is vermindering en substitutie niet mogelijk, in de industrie wel. Voor de industrie liggen er daarom een uitdagingen in het verminderen van de vraag. Dit kan door efficiënter gebruik door proces innovaties. In veevoer wordt bijvoorbeeld wel tot vijf maal meer zink toegevoegd dan vanuit voedertechnisch oogpunt noodzakelijk is. Recycling en hergebruik ligt vooral voor de hand door kringlopen te sluiten in productie en mest- en afvalwater. Bij stijgende prijzen zou dit een interessante business case kunnen opleveren. In substitutie lijkt de grootste kans te liggen en worden twee concrete voorbeelden genoemd; alternatieven voor zink bij galvanisering van staal, en voor seleen in glas en dunne-laagzonnecellen. Dit vraagt om innovaties, maar de suggestie wordt gewekt dat die binnen bereik liggen. Dit geeft kansen. Een aantrekkelijke uitdaging voor ondernemers om interessante producten of diensten te ontwikkelen voor een wereldmarkt waarmee ook nog een bijdrage kan worden geleverd aan de wereldwijde voedselzekerheid.