€800 miljoen energiebesparing gemist met Slimme Meter
Geplaatst op 28/05/14 12:24
Zonder al te veel ruchtbaarheid lijkt de 2de kamer in te gaan stemmen met een grootschalige uitrol van de Slimme Meter. Vreemd, want de maatschappelijke business case die als voorwaarde voor de uitrol is gesteld, wordt op geen enkele wijze in de uitgebreid door EZ geëvalueerde pilot bevestigd. Nederland laat hiermee €800 miljoen aan jaarlijkse besparing voor huishoudens liggen. Een logisch moment om de gekozen aanpak kritisch te beschouwen en mogelijk aan te passen, lijkt hiermee voorbij te gaan.
Verwachte besparingen blijven flink achter
De door EZ opgestelde monitoringsrapportage concludeert op basis van een representatieve uitrol bij 600.000 huishoudens dat 0,6% elektriciteit en 0,9% gas wordt bespaard na installatie van de slimme meter. Dat zou voor alle huishoudens neerkomen op een jaarlijkse besparing van ongeveer €110 miljoen, terwijl in de initiële business case is uitgegaan van een besparing van €500 tot €800 miljoen. Daarnaast blijkt dat in de huidige opzet vooral huizenbezitters ondersteunt die in maatregelen in hun eigen huis kunnen investeren, toch al geïnteresseerd zijn in energiebesparing en gewend zijn om via internet beschikbare data te gebruiken.
Huurders die vooral met gedragsverandering kunnen besparen en wat minder internetvaardigheden hebben profiteren nog minder van een slimme meter. Huishoudens met een lager besteedbaar inkomen zitten vaak in deze laatste groep, terwijl je vanuit een maatschappelijke business case juist zou verwachten dat zij geholpen worden om koopkracht te creëren.
Met een gemiddelde energiebesparing van €14 per huishouden die mensen met lage inkomens minder goed bereikt, is er nauwelijks nog sprake van een maatschappelijke business case. De sfeer in de rapportage is dat het wel goed zal komen met de besparing als de markt iets transparanter wordt en extra diensten aanbiedt. De marktontwikkelingen geven echter weinig aanleiding tot deze optimistische houding.
Er moet meer gebeuren om te besparen
De belangrijkste slag om energiebesparing te realiseren is, volgens de rapportage, het verzorgen van direct feedback in combinatie met een aantrekkelijke dienst die direct bij installatie van de meter wordt aangeboden. Bij direct feedback krijgt de gebruiker direct inzicht in de energieverbruik. Bijvoorbeeld via een display die het verbruik in kWh, euro’s en eventueel CO2 in de huiskamer toont. In aanvullende pilots, die ook voor de rapportage zijn geëvalueerd, wordt een besparing van 5,6% en 6,9% op respectievelijk elektriciteit en gas gerealiseerd. Dit vertaalt zich in een besparing van bijna €900 miljoen voor alle huishoudens, waarmee de maatschappelijke business case ruim wordt ingelost. Uit recent Engelse onderzoek blijkt dat een display over het algemeen binnen 3 maanden is terugverdiend.
Gaat de markt dit oppakken?
In het beleid is nadrukkelijk gekozen om dienstverlening aan de markt over te laten. De rapportage geeft echter aan dat dienstverlening nauwelijks van de grond komt. Het is zeer de vraag of de markt dit tot stand gaat brengen. De investeringen in een IT-infrastructuur en dienstverlening zijn enorm en er is een substantiële marketinginspanning nodig om klanten te werven.
Wie gaat dit doen? Nieuwe innovatieve bedrijven hebben te maken met zeer grote investeringen waarbij de business case voor alleen besparing best lastig te maken is. Energiemaatschappijen staan vooralsnog ambivalent tegen substantiële energiebesparing. Zij hebben mogelijk wel een business case wanneer ze klanten langer binden met energiediensten en extra bespaaroplossingen verkopen. Het ligt echter niet erg voor de hand dat zij grootschalig diensten gericht op maximale besparing uitrollen. Blijven buitenlandse partijen over. Verrijking en toepassing van data is bij uitstek het terrein van partijen als Google die de klantenbase en technologie hebben en geld verdienen met voornamelijk advertenties. Voor besparingen is dit mogelijk een optimaal scenario, maar het lijkt niet logisch dat EZ de vernieuwing van buitenlandse grootbedrijven wil laten komen.
Mogelijk aanvullingen op de markt
Als de markt de besparing niet grootschalig oppakt, is het een optie om toch het mandaat van netwerkbedrijven uit te breiden. Zij zijn nu zijn uitgesloten van verdere dienstverlening. Dit kan in een beperkt mandaat voor specifieke segmenten en diensten om bijvoorbeeld kwetsbare huishoudens te voorzien van direct feedback. Een alternatief is om meer te eisen van de commerciële partijen in de industrie. In Engeland zijn energiebedrijven al sinds 1994 (!) verplicht om hun klanten te ondersteunen bij energiebesparing op straffe van grote boetes. Een laatste optie is om nieuwe toetreders te stimuleren. Bijvoorbeeld vanuit het topsectorenbeleid. Deze opties zijn in de rapportage van EZ geheel niet aan de orde gekomen, terwijl daar situatie in de markt daar wel aanleiding toe geeft.
De uitrol van de slimme meter is blijkbaar een rollende trein, maar waarom EZ en de tweede kamer niet hun nek uitsteken om de maatschappelijke business case ook daadwerkelijk te realiseren is onduidelijk. Een uitrol zonder besparing is vooral een gemiste kans. Een kans ter waarde van €800 miljoen en vele tonnen CO2 reductie.